Jerryaan Melko
Jerryaan Melko

 

Wie is Jerryaan Melko?

 

niet zolang geleden was ik één van de lezenden

en géén schrijfster, absoluut niet.

Niet dat daar iets mis mee is, O nee, maar anders.

Ja, geloof me, dat is héél anders.

Nu ben ik een lezende schrijfster

Geen schrijvende lezer, O, nee

Dat is óók anders, héél anders

 

En is volgens mij dan ook de kracht

die nodig is om dóór te kunnen geven

wat in mij leeft, wat mij beweegt

zodat U begrijpen zult

wat in mij de schrijvende maakt

De lezende schrijfster dan nog wel.

 

Jerryaan

De wachtkamer deel 1

De Wachtkamer deel 1 

 

Ik zie ze denken.

Bij sommige is het echt van de gezichten af te lezen. Tegenover me zit een vrouw, 40 jaar ongeveer. Vrij gezet en de handen ineen gevouwen op haar schoot.

Ik ben gaan zitten naast een vrouw van eind twintig en een wat oudere man, misschien vijftig plus. Ze praten over een huis, maar ik zie en voel haar denken: ‘kom alsjeblieft niet te dicht bij me zitten.’ Je kent dat gevoel wel, net zoals het gevoel dat je hebt als je aangekeken wordt. Dat brandt gewoon in je rug. Enfin. Ze is duidelijk gesteld op jaar 'personal space’, zoals het tegenwoordig heet. Vroeger zij men, binnenshoofds: 'ik heb geen zin in zijn lucht te gaan zitten.’

Daarom ruik je het overdadig gespoten parfum.

Af en toe kijkt ze schichtig opzij. Ze is wel een beetje nieuwsgierig naar wat ik aan het doen ben. Opschrijven wat zíj aan ’t doen is, dus.

Aan mijn linkerkant word ik geprikt door een plant. De puntbladeren hangen over mijn zitplaats heen. Ik kan dus eigenlijk geen kant op.

Ik zie aan de vrouw naast me dat ze een inbreuk op haar 'p.s.' niet zal toleren.

Naast de andere vrouw, tegenover mij, is een lege stoel. Daarnaast zit een ietwat gezette sjofele man, ongeschoren en was waarschijnlijk niet in staat geweest naast mijn buurvrouw te gaan zitten. Het zal niet de eerste keer zijn dat in zo'n geval er snel een jas en tas op de stoel wordt gelegd, ter voorkoming van zo'n voor haar zeer ongewenste situatie. Er schijnt niets erger te zijn dan overtreding van de 'geur' p.s.

Vandaar ook die lege plek. Maar in dit geval zie ik ze beiden hetzelfde denken.

Tegelijkertijd kijkt de man af en toe stiekem op naar mij om uit te vinden of ik naar hem zit te staren. Hij wil absoluut niet opvallen, maar heeft niet in de gaten dat hij daardoor juist opvalt. Ik was al door een ander onderzoek te laat en wordt geroepen. Ok, hoor ze denken. De specialist is al ver overtijd en dan word zij, die met binnenkomt, al geroepen. Ik heb atmosferen meegemaakt waarin zo'n situatie ontaarde in een ruzie.

Met ‘net-goed’ gezichten op hun gezichten, verdwijnt de spanning als ik toch nog even moet wachten. Bij: ‘U wordt zo groepen’, laat de vrouw naast me haar tas weer los, die al doe tijd op haar schoot ligt om bij de eerste gelegenheid op ‘mijn’ stoel gelegd te worden. Het’ helaas’

is van haar gezicht te lezen. ‘Net goed’ staat toch wel een beetje blij op de mijne, als ik mijn jas weer op mijn knieën leg. Dat extra wachten neem ik wel op de koop toe.

Kan ik nog even verder kijken.

Ik had bijna toegegeven aan de gedachten van de vrouw, toen er zetels vrij kwamen, maar de mijne vind ik veel leuker: als ik nu toch opsta, zal de vrouw twee dingen denken. a:)‘Zij wil zeker niet naast me zitten.’ Zo’n ben ik te min-gevoel, en b:) ‘Hèhè…zij rook toch al niet lekker, en overdadig. Nu kan ik gauw mijn tas en jas op de stoel leggen.’ Ik kan ook twee dingen denken: 1:) ‘Ik ga gewoon toch maar ergens anders zitten met meer ruimte,’ of b:) ‘Ik blijf lekker zitten, want ik wil niet dat ze denkt dat ik niet naast haar wil zitten.’ Ik en waarschijnlijk de meeste mensen denken in dat geval: ‘Ik houd het wel uit en wil geen verschutting laden.’ Zeker niet als het een allochtoon is waar je naast zit. Ik de meeste gevallen is het: vooral niet naar elkaar kijken.

Tegen de derde wand, links van me zitten maar drie personen, precies uitgedokterd om en om met een lege stoel. In de bios doen ze het ook. Zo zijn er altijd plaatsen te kort, want opschuiven, homaar! Ook die situatie kent U wel. Of doet U er ook actief aan mee. Ongewild misschien, maar toch! Een telefoon gaat af en de ringtoon gaat door merg en been.

Tergend langzaam wordt het beantwoordt. Ik zie haar denken en zich afvragen wie er gaat reageren op die Arabische tonen. De lippen van de vrouw brabbelen mee met de muziek, alsof het een gebed is. Het is natuurlijk erger als ze in gesprek gaat. Ik kijk om me heen en zie het geduld van de mensen op de proef gesteld worden. Boze blikken vliegen naar de overkant. Ze hopen dat het gezien wordt en dat de persoon in kwestie ineens in de gaten gaat krijgen hoezeer ze overlast aan t plegen is. Grappig hoe hard mensen praten als ze aan de telefoon zijn. De hoge vrouwenstem gaat door merg en been. Niemand verliest zijn geduld en durft er iets van te zetten.

Ikke ‘inclúwies.’ Dan wordt ze geroepen en druk door brabbelend verdwijnt ze achter de specialist aan en blijkt hoe het telefoontje inbreuk pleegde op de sfeer in de wachtkamer.

De stilte, nu ze weg is, slaat in. Wie begint er het eerst te praten?

Een meisje (jonge vrouw) van ongeveer 16 jaar verbreekt de stilte en begint fluisterend een gesprek met haar moeder. Zij zitten tegenover me in de linkerhoek. Al die tijd is het meisje bezig geweest onopvallend te blijven, maar toch wil ze er zeer zeker goed uitzien. Frunniken aan haar kleding en een lipgloss-staafje smeren behoort tot de rituelen. Ietwat verlegen en schichtig kijkt ze om zich heen. Toch heeft zie iets van ‘Heb ik iets van je aan?’ in haar blik als mijn de mijne die van haar kruist.

Dan is er die man, Marokkaan waarschijnlijk, als je dat aan een uiterlijk kan beoordelen, en zeker moslim. Dit is niet wéér zo’n bevooroordeeld stukje en van discriminatie is al helemaal geen sprake, tenzij we het gedrag van de man gaan beoordelen.

Hij wordt geroepen door de arts, een vrouw en iets onder de middelbare leeftijd. De arts geeft de man een hand die hij schijnbaar zonder tegenzin beantwoordt .

Maar dan veegt hij daarna zijn hand af aan zijn overhemd. Een snelle niet te missen schuine beweging over zijn borst, van boven naar beneden.

Niemand anders neemt er notie van, geloof ik, aan de gezichten te zien. Alleen ik. Of ze willen het niet zien. Zo zie je dat deze vrouwonvriendelijkheid het verder gaat dan die ene, zogenaamd omstreden imam.

Ik voelde me bijna geroepen er iets over te zeggen.

Ik kan in veel gevallen gewoon mijn mond niet houden en popel gewoon.

Dit zijn de dingen die mijn inburgering als Nederlandse in Nederland niet erg bevordert.

Het is niet leuk om erover na te denken, maar je wordt wel gedwongen.

Zo is het niet sporadisch wél waar, maar sporadisch niet waar!

En dus zeker geen incident op zichzelf.

Dan begin ik te denken aan zijn thuis situatie.

Ik ken een man, loopt in een jurk met puntcapuchon. Zijn vrouw is toevallig één van de ‘gesluierden’. Bovendien op zéér vroege leeftijd uitgehuwelijkt en daarnaast wegens ongehoorzaamheid regelmatig totaal in elkaar getrimd. Hoeveel zijn het er? Vrijwillig gesluierden? Men kan mij toch niet wijsmaken dat dit haar allemaal vrijwillig overkomt. Hebben jullie er wel eens over nagedacht hoe vrijwillig de ‘vrijwillige’ hoofddoekdraagsters eigenlijk zijn? Waar je moet begrijpen dat sommige zelfs, ondanks dat ze aan de buitenkant opgegroeid kunnen zijn met de Nederlandse cultuur, vaak de thuissituatie niet echt Nederlands is. En dat die een onbewuste druk uit uitoefent via vader of moeder, ooms of tantes en zelfs de iets conservatievere buren om wél die hoofddoek te dragen.

Dat ze ‘vrij’ zijn tot de 13e jaar heeft ook weer te maken met het feit dat ze dan uithuwelijkbaar zijn en zodra ‘beloofd’, dan toch aan de hoofddoek zullen moeten geloven. Ik pretendeer niet een expert op dit gebied te zijn. Het lijkt me gewoon het gevolg van normaal en logisch nadenken.

Bovendien is door die niet-Nederlandse jeugd binnensdeurs, een soort vanzelf ontstane hersenspoeling door de omgeving van toepassing. En vindt maar eens een gehersenspoelde!

Die vind je niet, want niemand geeft toe dat hij/zij gehersenspoeld is. Wel de exen. Die zijn er wel, maar vinden het vaak ‘embarrassing’ c.q. gênant of zelfs gevaarlijk, om uit die kast te komen. Wel een andere dan die ene kast. Vraag het de ex-moslims of degenen die zich met hand en tand verzetten, met gevaar voor hun leven. Er zijn genoeg bekende voorbeelden, maar ik weet niet of ik haar naam zomaar mag gebruiken. Wie kent niet de overbekende bloed- of eerwraak, ‘Saharf’?

Ik ben geen anti-moslim, maar neig tegenwoordig naar ‘anti-geloof-zoals-het-beleden-wordt!’ Kijk maar eens naar die Orthodoxe Joden of zelfs nog Nederlandser: de Streng Gereformeerde Christenen. Daar hebben de vrouwen ook geen recht om deel te nemen in bijvoorbeeld hun politieke partij. Niemand in Nederland die het daar over heeft. 70 jaar geleden zag Nederland er ook vol overtuiging anti-vrouw en gelijke rechten uit.

De zwarte boorden in Nederland mogen hun hand niet in eigen boezem steken maar zouden dat eigenlijk wel moeten doen. Zoals de katholieke priesters dat ook niet kunnen en dat dus maar bij anderen doen. In dit geval kinderen.

Dat soort strenge overtuigingen hoort eigenlijk gewoon niet in meer Nederland thuis.

Maar gelukkig hebben we hier wél recht op een eigen mening. En daar maken zij dus ondankbaar ‘misbruik’ van.

Maar bij die extreme gevallen wordt de vernedering en achtergesteldheid van vrouwen maar onder het ‘Sedjader ’geveegd en toegelaten onder de mom van.

Gelukkig zijn dit alleen maar gedachtenkronkels. Net als die van zijn ‘vrijheid’, die hij hier gelukkig voor hem wél mag hebben. Ook al zijn die ‘extreem’.

En ook gelukkig kan hij hier zijn ‘kronkels’ spuien. Zodat men hier ook weet wat er in die kronkelhoofden rondspeelt, wat men aan hen heeft en zodat dit steeds minder achter gesloten deuren gebeurd.

Ik weet ook wel dat het geloof in de goddelijke vorm, gebaseerd moet zijn op de tien geboden.

‘Heb je naaste lief’ en ‘Gij zult niet doden’ komt in elk geloof voor als ik me niet vergis.

En wie houden zich daar niet aan?...

 

een 'kronkel' van Jerryaan